Atlantic World > Nederlanders in de Nieuwe Wereld
De Nieuwe Wereld kwam al naar de Nederlanden voordat Nederlanders naar de Nieuwe Wereld gingen. Vanaf het begin van de zestiende eeuw verzorgden Nederlandse drukkers, de boeken, pamfletten, gedichten en kaarten die het magische werelddeel aan de ander kant van de oceaan verbeelden.
Lees meer
Lees meer over de Nederlanders in Nieuw Nederland
Een land van overvloed?
In het kielzog van Henry Hudson, verschenen in 1614 de eerste Nederlandse kooplieden in het gebied dat zij Nieuw Nederland gingen noemen. Ze ontmoetten er de oorspronkelijke bewoners, de Indianenstammen, die hen aanvankelijk gastvrij ontvingen. Van de Indianen kochten ze pelzen die in Europa tot kleding werden verwerkt. In 1621 kreeg de West Indische Compagnie het gebied van de Staten-Generaal in eigendom. De eerste Nederlandse en Waalse (Belgische) kolonisten kwamen in 1624 aan. Zij vestigden zich op diverse plaatsen waaronder het eiland dat de Indianen ‘Manna-Hattan’ noemden. Twee jaar later schreef de koopman Pieter Schagen aan de directeuren van de Compagnie, dat gouverneur Peter Minuit het eiland van de Indianen had gekocht. Mede met hulp van tot slaven gemaakte Afrikanen bouwden de kolonisten er een fort en een stadje dat zij Nieuw Amsterdam noemden.
Een moeilijke zaak
Om nieuwe kolonisten aan te trekken ontwikkelde de Nederlanders het systeem van Patroonschappen. Het lukt echter niet om de kolonie tot bloei te brengen. Economische beperkingen en de voortslepend conflicten met Britten en Indianen, veroorzaakten een gestaag verval. Toen Britse oorlogsschepen in 1664, de overgave van de stad eisten gaf gouverneur Peter Stuyvesant, zonder verzet te plegen, toe. De stad werd dadelijk omgedoopt tot New York.