Het Nederlands Caribisch gebied in beeld > Over de collectie
De beeldcollectie bevat behalve foto’s ook albums, prentbriefkaarten, negatieven en kleurendia’s. Tevens bevat de collectie een aantal tekeningen, prenten en schilderingen.
Al in de 19e eeuw werd begonnen met het verzamelen van beelden om aan het Nederlandse publiek het leven in de koloniën te laten zien. Dit gebeurde via tentoonstellingen, publicaties en onderwijs.
De belangrijkste Antilliaanse foto’s in die vroege periode zijn afkomstig van de fotostudio Soublette et Fils uit Curaçao. Maar ook particulieren doneerden hun fotomateriaal aan het toenmalige Koloniaal Museum. Zo doneerde Mw. C.A. van Dijk-Kooiman negatieven uit 1901 en J. Boldingh negatieven uit 1906, Een fotografisch verslag uit 1936 van de geoloog M. Rutten geeft een beeld van de geologische gesteldheid, de flora en fauna, maar ook bewoners en bezoekers worden uitgebreid geportretteerd.
Na de Tweede Wereldoorlog kwamen de Antilliaanse eilanden wat meer in beeld door het wegvallen van Nederlands-Indië en later Suriname. Daarnaast werden de eilanden, vooral Curaçao en Aruba, ook belangrijker door de olie-industrie. Verschillende reizigers bezochten de eilanden in de jaren ’40 en ’50 al dan niet beroepshalve. De grotere interesse voor de eilanden blijkt onder andere uit de collecties van de heren W.L. Utermark, J. Blaauboer, J.H. Westermann en G.J. Kruyer.
Vanaf 1960 gaat het KIT zelf actief op reis om foto- en diacollecties aan te leggen van de landen in de tropen. De Nederlandse Antillen worden daarbij uitgebreid bezocht door De Heer B. Lawson in 1964, maar ook latere reizigers keerden geregeld naar de eilanden terug en schonken hun foto- en diacollecties aan het KIT.