De collectie Tal bestaat uit waaiers met diverse vormen en afbeeldingen, gemaakt van verschillende materialen. De meest voorkomende waaiervormen zijn de vaste waaier, de vouwwaaier en de briséwaaier.

De vaste waaier komt oorspronkelijk uit China en Japan. Dit type waaier bestaat uit een handvat van goud, ivoor, of kostbaar hout, waarop een waaierblad is gemonteerd. Het waaierblad is meestal bevestigd in een frame en kan verschillende vormen hebben: cirkelvormig, rechthoekig of een fantasievorm. Toegepaste materialen zijn onder meer verstevigd textiel, veren, papier of hout. In de 18de eeuw werd de vaste waaier in Europa bijna niet meer gebruikt.

De opvouwbare waaier was in Europa van de 16de tot en met de 20ste eeuw erg populair. De vouwwaaier bestaat uit een montuur van over elkaar schuivende benen en twee buitenbenen, die aan de onderzijde bijeengehouden worden door een sluitpin. Op dit montuur is het zig-zag gevouwen waaierblad aangebracht.

De briséwaaier is eveneens een opvouwbare waaier. Hier vormen de overlappende benen de gehele waaier, inclusief het waaierblad. De benen zijn gemaakt van hout, ivoor, been, parelmoer of schildpad. Het gehele waaierblad is beschilderd met kleurrijke, klassieke en Oosterse scènes in olieverf. De benen worden aan de bovenrand bijeengehouden door een lint, de onderkant door een sluitpin. De briséwaaier werd vanaf de 17de tot en met het eind van de 19de eeuw in Europa veelvuldig gebruikt.

Door de grote diversiteit van de toegepaste materialen ( ivoor, parelmoer, schildpad, edelmetalen, textiel, papier, perkament) en technieken zijn waaiers prachtige staaltjes van ambachtelijk vakmanschap. De voorstellingen op de waaierbladen vertellen iets over het leven en denken in vorige eeuwen, waarbij elke periode gebruik maakt van in die tijd populaire voorstellingen. Veel voorkomende thema’s zijn mythologische en allegorische voorstellingen, liefdestaferelen, pastorale scènes en bijbelse voorstellingen. Naast de Europese waaiers waren ook Chinese en Japanse lakwaaiers zeer geliefd.