De waaiercollectie Felix Tal > Over de collectie
De 145 objecten tellende waaiercollectie toont de chronologische ontwikkeling van de waaier van de 17de tot en met de 19de eeuw, met een accent op 18de- en 19de-eeuwse Europese waaiers. In de 18de eeuw bereikte het gebruik van de waaier haar hoogtepunt; ze was een onmisbaar attribuut voor de vrouw. In de 19de en 20ste eeuw verdween de waaier uit het dagelijks beeld en werd ze vooral een mode-accessoire bij uitgaanstoiletten.
Alle waaiers die u hier online kunt zien zijn oorspronkelijk bijeengebracht door Felix Tal (1892-1983), telg uit een oud Amsterdams joods geslacht van makelaars/taxateurs en veilingmeesters en verwoed verzamelaar. In een tijdsbestek van ongeveer zestig jaar bracht Tal een interessante verzameling van circa vierhonderd waaiers bijeen. In 1948 richtte hij voor geïnteresseerden in zijn huis aan de Prinsengracht 1093 twee kleine salons in: het ‘Waaierkabinet Felix Tal’. De oudste waaier uit de collectie is een vouwwaaier met een voorstelling van Venus en Adonis, waarschijnlijk gemaakt in Nederland. De decoratie met tulpen zou een verwijzing kunnen zijn naar de levendige tulpenbollenhandel in de 17de eeuw.
In 1979 kwam de verzameling via een langdurig bruikleen terecht in museum Beeckestijn in Velsen-Zuid. Na de dood van Felix Tal wist het museum een kerncollectie van 145 waaiers uit de verzameling te verwerven. Jarenlang was Beeckestijn een van de weinige musea in Nederland waar in wisselende kleine tentoonstellingen permanent waaiers te zien waren. Door sluiting van het museum in 2006 en de voorgenomen verkoop van het landgoed moest voor de waaiercollectie een nieuw onderkomen worden gezocht.
Dit werd het Tassenmuseum Hendrikje, in Amsterdam, waar de waaiercollectie Felix Tal op zijn oorspronkelijke plaats terugkeerde. In het najaar van 2010 werd de collectie door de gemeente Velsen overgedragen aan het Koninklijk Oudheidkundig Genootschap (KOG). Het vormt een prachtige aanvulling op de collectie waaiers die in 1997 door Isabella van Eeghen aan dit genootschap werd nagelaten. De waaiers zullen voorlopig in het depot van het Rijksmuseum verblijven, tot het moment waarop deze instelling, waar het KOG in gevestigd is, in 2013 weer volledig geopend is.