Schoolboekjes uit de negentiende eeuw
Een collectie van Nationaal Onderwijsmuseum
De brave Hendrik (1810) was een heuse educatieve bestseller in de eerste helft van de 19e eeuw. Het boekje van schrijver Anslijn over het keurige knaapje Hendrik werd veelvuldig gebruikt in het onderwijs, en zou lange tijd erg populair blijven.
Tegenwoordig beschouwen we het boekje als walgelijk braaf. Dominee en auteur Nicolaas Beets merkte in 1839 al op dat hoofdpersoon Hendrik ‘… een jongen [was], zo braaf, zo zoet, zo gehoorzaam, zo knap en zo goedleers, dat gij hem met plezier een paar blauwe ogen zoudt slaan, als gij hem op straat ontmoette’. Toen De brave Hendrik voor het eerst uitkwam was het vreemd genoeg een echt vernieuwend boekje. Het gaf uiting aan de Verlichtingsgedachte dat goed gedrag bij kinderen aan te leren is; destijds een volkomen nieuw idee. Dat er na verloop van tijd toch de nodige kritiek kwam op het boek was het gevolg van veranderende opvattingen over opvoeding en educatie.
In deze collectie zijn 200 oude schoolboekjes te vinden, gebruikt tijdens lessen aardijkskunde, geschiedenis, lezen, zang, natuurkunde, algebra, tekenen en aanschouwelijk onderwijs. Samen geven ze een goed beeld van hoe lesmateriaal er in de tweede helft van de 19e eeuw uitzag, en van het sociaal-maatschappelijke en politieke klimaat rond de Schoolwetten van 1806, 1857, 1878 en 1901. De collectie loopt uiteen van uitgaven van de ‘Maatschappij tot Nut van ’t Algemeen’ (zoals Trap der Jeugd), via de moralistische boekjes (zoals De Brave Hendrik) en de reactie daarop (zoals De geschiedenis van Jozef) tot werk uit de periode van Jan Ligthart (zoals de Handleiding bij het leesplankje van Hoogeveen).