Deze collectie van voorwerpen uit Nederlands-Indië (waaronder Nieuw-Guinea) is een goede illustratie van het Nederlandse koloniale geheugen.

Imperialisme
Ten eerste zijn het allemaal voorwerpen die verzameld zijn tijdens het Nederlandse imperialisme (1870 – 1940). Dit gebeurde deels met het oog op de Nederlandse aanwezigheid op de koloniale wereldtentoonstellingen.

Identiteit
Ook de manier waarop de voorwerpen tijdens tentoonstellingen werden gepresenteerd, geeft inzicht in de koloniale verhoudingen. Nederlandse verzamelaars en tentoonstellingsmakers bevonden zich in de bevoorrechte positie te bepalen wat ‘typisch Indisch’ was. Maar de miniaturen waren gemaakt door Indonesische ambachtslieden, die op hun beurt uitdrukking gaven aan hun identiteit.

Belang
De Indische schilderijen- en grafiekverzameling, de textielcollectie en de historische fotoverzameling behoren tot de internationale top. De foto’s van Nieuw-Guinea zijn belangrijk omdat ze inzicht geven in de expedities die hebben bijgedragen aan het openleggen van dit gebied tussen 1900 en 1960. Belangrijke namen in dit verband zijn Wichmann, Lorentz, Franssen, Herderschee, Bijlmer en Le Roux.

Een groot deel van de collectie is te zien in de semi-permanente tentoonstelling ‘Oostwaarts’ in het Tropenmuseum, waar ook historische geluidsopnames van Nieuw-Guinea te horen zijn.