Atlassen uit het Scheepvaartmuseum > Aziatische wateren
In de Republiek der Verenigde Nederlanden mochten geen kaarten van Aziatische wateren worden gedrukt en uitgegeven. De zeeën en oceanen ten oosten van Kaap de Goede Hoop en ten westen van de Straat van Magellan behoorde tot het monopoliegebied van de VOC. Daarvan wilde men zo veel mogelijk geheimhouden om Franse en Engelse handelsconcurrenten weg te houden.
De schepen van de Compagnie kregen voor de vaart in Aziatische wateren met de hand getekende zeekaarten mee, die ze direct na terugkeer bij de VOC moesten inleveren. Door het veelvuldig overtekenen werden deze kaarten echter steeds onnauwkeuriger en bovendien lukte het de Fransen en Britten om voldoende gegevens te verzamelen zodat ze zelf kaarten van Azië konden samenstellen.
Hierop besloot de VOC om in samenwerking met Johannes II van Keulen (1704-1755), de derde generatie in het familiebedrijf, het zesde deel van de Zee-Fakkel samen te stellen en uit te geven. Dit bevatte zeekaarten van Aziatische wateren en verscheen in 1755.