Fotocollectie Het Leven (1906-1941) > Liegen
In de beginjaren van het tijdschrift werd herhaaldelijk gewezen op het ‘waarheidsgehalte' van de fotografie. Dit gebeurde vooral ten opzichte van illustraties van nieuws die tot begin 1900 nog veel gebruikt waren. In Het Leven nr. 1 van 1915 schreef de redactie, "Ons Nederlandsch illustratie kijkend publiek geeft in zijn nuchtere, maar bovenal waarheidslievende begeerte weinig om teekeningen. Het is ‘maar' geteekend en ‘teekenen kun je álles' zijn uitdrukking[en] ons volk in den mond bestorven (...). Bij ons doet de foto alles (...). De onomstootelijke echtheid, onpartijdigheid en eerlijkheid, die de foto eigen is en haar weergalooze sterkte, onaantastbare kracht als bewijsmateriaal, zal de teekening nimmer bereiken, omdat hier de realiteit en de fantasie lijnrecht tegenover elkander staan...".
De bijschriften waren vaak summier, maar vaak wel sterk bepalend voor het begrip van een foto. Uit de artikelen blijkt geregeld dat de achtergrond van het nieuws bij het publiek al via de kranten bekend was omdat die zeven dagen per week verschenen. Een wekelijks verschijnend tijdschrift als Het Leven moest het dus vooral hebben van pakkende beelden, iets waar kranten nog niet mee konden concurreren.
Wanneer een foto niet voldeed boden technieken uit de tekenkunst in deze beginperiode uitkomst. Toen in 1911 het stoomschip ‘Solo' bij Hoek van Holland door een zware storm op de kust werd geworpen, werden twee foto's gecombineerd tot één mooie voorplaat: een foto van het schip is op een foto van een strekdam geplakt. Aangezien de ramp in de avond en nacht plaatsvond, en de toen weinig lichtgevoelige films dit niet goed konden vastleggen greep de redactie in dit geval naar schaar, lijm en verf. Mocht het beeld niet overtuigen, dan kon het bijschrift de betekenis ervan bijsturen. Onder de bewuste foto stond: "Het uitvarende s.s. ‘Solo' aan den Hoek van Holland in gevaar"; de foto van het schip was echter na de stranding gemaakt!
Het gebruik van verf op foto's was in deze tijd niet ongewoon en meestal praktisch van aard. In drukkerijen werd zogenaamde retoucheverf toegepast om contrasten aan te brengen. Zo voorkwam men dat in het drukwerk de foto niet goed werd weergegeven en details wegvielen. Ook werd de verf gebruikt om delen van een foto - bijvoorbeeld rond het hoofd van een persoon - af te dekken, met als resultaat een portretfoto zonder storende elementen. De fotocollectie van Het Leven bevat vele voorbeelden van dergelijke retouche.